
Een dag voor het weekend krijgt onze gehandicapte dochter Mayim last haar keel en lichte koorts. We zijn vanwege haar chronische aandoeningen aan hart, immuun- en zenuwstelsel voorzichtig in verband met besmettingen. We hebben voor de zekerheid een hepa-filtersysteem aangeschaft, tenslotte werken die dingen ook in vliegtuigen. Deze plotselinge koorts overviel ons een beetje.
We checken snel de testmogelijkheden. In Almere is die pas over twee dagen in gemeentelijke teststraat. We vinden dat eigenlijk geen optie omdat onze dochter zich niet makkelijk een wattenstaafje in haar neus laat boren, zelfs niet door een huisarts. De covid-wasstraat is ook niet echt bevorderlijk voor haar gemoed. Ze heeft al moeite in een echte wasstraat.
We bellen de huisartsenpraktijk en vertellen onze zorgen. Of we meteen kunnen komen, natuurlijk, maar wel via de achteringang in verband met besmettingsgevaar. Daar aangekomen zien we een trappetje van een paar treden, onmogelijk te betreden met haar elektrische rolstoel. Arts gebeld.
‘Lukt niet … trappetje.’
‘Kunt nu het niet alsnog proberen,’ vraagt hij.
‘Nou nee, niet echt. Er zitten geen rupswielen onder. Komt u maar naar buiten, de zon schijnt tenslotte.’
Uit de achterdeur van de praktijk komt een marsmannetje (zoals Mayim dat later vertelde) in een geel doorschijnende overall en met spatscherm gemaskerde man met twee uitgestoken wattenstaafjes in zijn handen. Hij stapt het trapje af doet de test. Wandelaars kijken verbaast naar de scène. Zich kort omdraaiend bij de deur belooft hij: ‘U wordt gebeld, dit weekend nog.’
We houden onze dochter en onszelf veilig binnen de dagen daarna, want dat zijn de afspraken met Hugo en Mark. De koorts gaat weg en de keelpijn is zondag al over.
We worden maandag niet gebeld. We bellen maar zelf.
‘Nee de uitslag is nog niet binnen.’
We bellen dinsdag.
‘Nee de uitslag is nog niet binnen. Ik zie niets in het systeem.’
We bellen woensdag.
‘We bellen vanmiddag terug. We kunnen nergens de uitslag vinden.’
Ondertussen regelen we voor de derde dag extra hulp voor onze dochter voor thuis, want we moeten aan het werk.
We worden gebeld door de huisartsassistente: ‘Het is terecht. De test is negatief.’
Mayim luistert mee en juicht: ‘Geen corona! Yesssss!’
Het zat haar erg dwars.
‘Reden,’ vroeg ik nieuwsgierig.
Het antwoord: ‘Het testmateriaal lag vrijdag, het weekend en maandag nog in de koelkast en ging pas daarna naar het Lab. Daarom weten we het pas vandaag.’
De volgende keer gaan we toch die covid-wasstraat proberen. Ik hang wel een bloemetjesgordijntje in onze gehandicaptenbus. Haar oudere broer die wel die teststraat aandeed zes dagen geleden kreeg dezelfde avond al uitslag.